Voorschriften uit het Bouwbesluit die met geluid te maken hebben

HOOFDSTUK 3. VOORSCHRIFTEN UIT HET OOGPUNT VAN GEZONDHEID

AFDELING 3.1. BESCHERMING TEGEN GELUID VAN BUITEN, NIEUWBOUW

Artikel 3.1

1. Een te bouwen bouwwerk biedt in een verblijfsgebied bescherming tegen geluid van buiten.

2. Voorzover voor een gebruiksfunctie in tabel 3.1 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

3. Het eerste lid is niet van toepassing op de gebruiksfuncties waarvoor in tabel 3.1 geen voorschrift is aangewezen.

Tabel 3.1

gebruiksfunctie leden van toepassing grenswaarde
industrie-, weg- of railverkeerslawaai luchtvaartlawaai verbouw tijdelijke bouw industrie-, weg- of railverkeerslawaai
artikel 3.2 3.3 3.4 3.5 3.2
lid 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 1 2 3 4 1 2 3 1
1 Woonfunctie
a woonfunctie van een woonwagen 2 1
b andere woonfunctie
1 verblijfsgebied voor nachtverblijf 1,4,5,6 1,3,4,5 1,2,3,4 1,2,3 35
2 ander verblijfsgebied 1,4,5,6 1,4,5 1,2,3 1,2 35
2 Bijeenkomstfunctie
3 Celfunctie
4 Gezondheidszorgfunctie
1 verblijfsgebied voor aan bed gebonden patiënten 1,4,5,6 1,3,4,5 1,2,4 1,2,3 30
2 ander verblijfsgebied 1,4,5,6 1,4,5 1,2 1,2 35
5 Industriefunctie
6 Kantoorfunctie 3,4,5,6 2,4,5 1,2 1,2
7 Logiesfunctie
8 Onderwijsfunctie
1 geluidsgevoelig verblijfsgebied zoals bedoeld in de Wet geluidhinder 1,4,5,6 1,4,5 1,2 1,2 30
2 ander verblijfsgebied 1,4,5,6 1,4,5 1,2 1,2 35
9 Sportfunctie
10 Winkelfunctie
11 Overige gebruiksfunctie
12 Bouwwerk geen gebouw zijnde

Artikel 3.2

1. Een uitwendige scheidingsconstructie van een gebruiksfunctie die gevoelig is voor industrie-, weg- of railverkeerslawaai, die de scheiding vormt tussen een verblijfsgebied en de buitenlucht, heeft een volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke geluidwering, die niet kleiner is dan het verschil tussen de volgens de Wet geluidhinder bepaalde geluidsbelasting van die scheidingsconstructie en de grenswaarde voor het geluidsniveau in het verblijfsgebied als aangegeven in tabel 3.1, met een minimum van 20 dB(A).

2. Een uitwendige scheidingsconstructie die de scheiding vormt tussen de woonwagen en de buitenlucht, heeft een volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke geluidwering met een minimum van 20 dB(A).

3. Een uitwendige scheidingsconstructie die de scheiding vormt tussen een verblijfsgebied en de buitenlucht, heeft een volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke geluidwering die niet kleiner is dan het verschil tussen de volgens de Wet geluidhinder bepaalde geluidsbelasting van die scheidingsconstructie en 40 dB(A), met een minimum van 20 dB(A). Bij de berekening of meting van de geluidsbelasting wordt uitgegaan van het geluidsniveau over de periode van 7.00 uur tot 19.00 uur.

4. Indien krachtens de Wet geluidhinder in het verblijfsgebied een hoger geluidsniveau is toegestaan dan bedoeld in het eerste en derde lid, heeft de uitwendige scheidingsconstructie een volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke geluidwering die niet kleiner is dan het verschil tussen de geluidsbelasting van die scheidingsconstructie en het krachtens de Wet geluidhinder toegestane geluidsniveau.

5. Op een inwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied als bedoeld in het eerste en derde lid, die niet de scheiding vormt met een aangrenzend verblijfsgebied van een andere gebruiksfunctie die gevoelig is voor industrie-, weg- of railverkeerslawaai, zijn het eerste, derde en vierde lid van overeenkomstige toepassing.

6. Een scheidingsconstructie als bedoeld in het eerste en het derde tot Staatsblad 2001 410 83 en met vijfde lid van een verblijfsruimte heeft een volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke geluidwering die maximaal 2 dB(A) lager ligt dan de karakteristieke geluidwering als bedoeld in het eerste en het derde tot en met vijfde lid, van het verblijfsgebied waarin die verblijfsruimte ligt.

Artikel 3.3

1. Een uitwendige scheidingsconstructie van een gebruiksfunctie die gevoelig is voor luchtvaartlawaai, die de scheiding vormt tussen een verblijfsgebied en de buitenlucht, heeft een volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke geluidwering die, afhankelijk van de volgens de Luchtvaartwet bepaalde geluidsbelasting van die scheidingsconstructie, niet kleiner is dan de waarde die is aangegeven in tabel 3.3.1. Indien de geluidsbelasting ligt tussen de Ke-waarden, gegeven in de eerste kolom, wordt de te bereiken waarde van de geluidwering bepaald door middel van rechtevenredige interpolatie tussen de dB(A)-waarden, gegeven in de tweede kolom.
Tabel 3.3.1 Geluidwering in geval van luchtvaartlawaai
Geluidsbelasting in Ke Vereiste karakteristieke geluidwering in dB(A)
36-40 30-33
41-45 33-36
46-50 36-40
meer dan 50 40

2. Een uitwendige scheidingsconstructie die de scheiding vormt tussen een verblijfsgebied en de buitenlucht, heeft een volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke geluidwering die, afhankelijk van de volgens de Luchtvaartwet bepaalde geluidsbelasting van die scheidingsconstructie, niet kleiner is dan de waarde die is aangegeven in tabel 3.3.2. Indien de geluidsbelasting ligt tussen de Ke-waarden, gegeven in de eerste kolom, wordt de te bereiken waarde van de geluidwering bepaald door middel van rechtevenredige interpolatie tussen de dB(A)-waarden, gegeven in de tweede kolom.

Tabel 3.3.2 Geluidwering in geval van luchtvaartlawaai
Geluidsbelasting in Ke Vereiste karakteristieke geluidwering in dB(A)
36-40 27-30
41-45 30-33
46-50 33-36
meer dan 50 36

3. Een uitwendige scheidingsconstructie die de scheiding vormt tussen een verblijfsgebied van een gebruiksfunctie die bijzonder gevoelig is voor luchtvaartlawaai en de buitenlucht, heeft een volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke geluidwering die niet kleiner is dan het verschil tussen de LAeq geluidsbelasting veroorzaakt door structureel uitgevoerd nachtelijk vliegverkeer, op die constructie en een LAeq geluidsniveau van 26 dB(A). De LAeq geluidsbelasting voor startend en landend vliegverkeer buiten een gebruiksfunctie, uitgedrukt in dB(A), wordt berekend overeenkomstig de Regeling berekening nachtelijke geluidsbelasting, waarbij de geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie, onderscheiden naar startend en landend vliegverkeer (Lgevel;m), gelijk wordt gesteld aan 0 dB(A). 4. Op een inwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied, als bedoeld in het eerste tot en met derde lid, die niet de scheiding vormt met een aangrenzend verblijfsgebied van een voor luchtvaartlawaai gevoelige gebruiksfunctie, zijn het eerste tot en met derde lid van overeenkomstige toepassing. Staatsblad 2001 410 84 5. Een scheidingsconstructie als bedoeld in het eerste tot en met vierde lid, van een verblijfsruimte heeft een volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke geluidwering die maximaal 2 dB(A) lager is dan de karakteristieke geluidwering als bedoeld in het eerste tot en met vierde lid, van het verblijfsgebied waarin de verblijfsruimte ligt.

Artikel 3.4

1. Burgemeester en wethouders kunnen bij het geheel of gedeeltelijk vernieuwen of veranderen of het vergroten van een bouwwerk ontheffing verlenen van de karakteristieke geluidwering, bedoeld in artikel 3.2, tot een niveau dat maximaal 10 dB(A) lager ligt.

2. Burgemeester en wethouders kunnen bij het geheel of gedeeltelijk vernieuwen of veranderen of het vergroten van een bouwwerk ontheffing verlenen van de karakteristieke geluidwering, bedoeld in artikel 3.3, tweede, vierde en vijfde lid, tot een niveau dat maximaal 10 dB(A) lager ligt.

3. In afwijking van het tweede lid verlenen burgemeester en wethouders bij het gedeeltelijk vernieuwen of veranderen of het vergroten van een woonfunctie ontheffing van de karakteristieke geluidwering, bedoeld de in artikel 3.3, eerste, vierde en vijfde lid, tot het in tabel 3.4 genoemde niveau. Indien de geluidsbelasting ligt tussen de Ke-waarden, gegeven in de eerste kolom, wordt de te bereiken waarde van de geluidwering bepaald door middel van rechtevenredige interpolatie tussen de dB(A)-waarden, gegeven in de tweede kolom.

Tabel 3.4 Geluidwering in geval van luchtvaartlawaai

Geluidsbelasting in Ke Vereiste karakteristieke geluidwering in dB(A)
40-50 30-35
51-55 35-40
meer dan 55 40

4. Burgemeester en wethouders verlenen bij het geheel of gedeeltelijk vernieuwen of veranderen of het vergroten van een bouwwerk ontheffing van de karakteristieke geluidwering, bedoeld in artikel 3.3, derde lid, voor LAeq tot een niveau van 30 dB(A).

Artikel 3.5

1. Op het bouwen van een niet-permanent bouwwerk is artikel 3.2 van overeenkomstige toepassing, waarbij het geluidsniveau maximaal 10 dB(A) hoger ligt.

2. Op het bouwen van een niet-permanent bouwwerk is artikel 3.3, eerste, tweede, vierde en vijfde lid, van overeenkomstige toepassing, waarbij de karakteristieke geluidwering ten minste de in tabel 3.4 genoemde waarde heeft. Indien de geluidsbelasting ligt tussen de Ke-waarden, gegeven in de eerste kolom, wordt de te bereiken waarde van de geluidwering bepaald door middel van rechtevenredige interpolatie tussen de dB(A)-waarden, gegeven in de tweede kolom.

3. Op het bouwen van een niet-permanent bouwwerk is artikel 3.3, derde lid, van overeenkomstige toepassing, waarbij het geluidsniveau LAeq geen grotere waarde heeft dan 30 dB(A). Staatsblad 2001 410 85

AFDELING 3.2. BESCHERMING TEGEN GELUID VAN INSTALLATIES, NIEUWBOUW

Artikel 3.6

1. Een te bouwen bouwwerk biedt bescherming tegen geluid van installaties.

2. Voorzover voor een gebruiksfunctie in tabel 3.6 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

3. Het eerste lid is niet van toepassing op de gebruiksfuncties waarvoor in tabel 3.6 geen voorschrift is aangewezen.

Tabel 3.6

gebruiksfunctie leden van toepassing
aangrenzend perceel zelfde perceel verbouw tijdelijke bouw
artikel 3.7 3.8 3.9 3.10
1 Woonfunctie
a woonfunctie van een woonwagen
b andere woonfunctie * 1 *
2 Bijeenkomstfunctie * 3 * *
3 Celfunctie * 3 * *
4 Gezondheidszorgfunctie * 3 * *
5 Industriefunctie * 3 * *
6 Kantoorfunctie * 3 * *
7 Logiesfunctie
a logiesfunctie niet gelegen in een logiesgebouw * 3 * *
b logiesfunctie gelegen in een logiesgebouw * 2,3 * *
8 Onderwijsfunctie * 3 * *
9 Sportfunctie * 3 * *
10 Winkelfunctie * 3 * *
11 Overige gebruiksfunctie * 3 * *
12 Bouwwerk geen gebouw zijnde

Artikel 3.7 Een toilet met waterspoeling, een kraan, een mechanisch ventilatiesysteem, een warmwatertoestel, een installatie voor het verhogen van waterdruk of een lift van een gebruiksfunctie veroorzaakt in een verblijfsgebied van een gebruiksfunctie op een aangrenzend perceel een volgens NEN 5077 bepaald karakteristiek geluidsniveau van ten hoogste 30 dB(A). Dit geldt niet voor een op een aangrenzend perceel gelegen lichte industriefunctie of een overige gebruiksfunctie.

Artikel 3.8

1. Een toilet met waterspoeling, een kraan, een mechanisch ventilatiesysteem, een warmwatertoestel, een installatie voor verhoging van waterdruk of een lift veroorzaakt in een niet-gemeenschappelijk verblijfsgebied van een andere op hetzelfde perceel gelegen woonfunctie een volgens NEN 5077 bepaald karakteristiek geluidsniveau van ten hoogste 30 dB(A).

2. Een toilet met waterspoeling, een kraan, een mechanisch ventilatiesysteem, een warmwatertoestel, een installatie voor verhoging van waterdruk of een lift van een logiesfunctie gelegen in een logiesgebouw, veroorzaakt in een verblijfsgebied van een andere op hetzelfde perceel gelegen logiesfunctie een volgens NEN 5077 bepaald karakteristiek geluidsniveau van ten hoogste 35 dB(A).

3. Een toilet met waterspoeling, een kraan, een mechanisch ventilatiesysteem, een warmwatertoestel, een installatie voor verhoging van Staatsblad 2001 410 86 waterdruk of een lift veroorzaakt in een verblijfsgebied van een op hetzelfde perceel gelegen woonfunctie een volgens NEN 5077 bepaald karakteristiek geluidsniveau van ten hoogste 30 dB(A).

Artikel 3.9 Burgemeester en wethouders verlenen bij het geheel of gedeeltelijk veranderen of het vergroten van een bouwwerk ontheffing van het toegestane karakteristieke geluidsniveau als bedoeld in de artikelen 3.7 en 3.8, tot een niveau dat maximaal 10 dB(A) hoger is.

Artikel 3.10 Op het bouwen van een niet-permanent bouwwerk zijn de artikelen 3.7 en 3.8, van overeenkomstige toepassing, waarbij het geluidsniveau maximaal 10 dB(A) hoger ligt.

AFDELING 3.3. GELUIDWERING TUSSEN VERBLIJFSRUIMTEN VAN DEZELFDE GEBRUIKSFUNCTIE, NIEUWBOUW

Artikel 3.11

1. Een te bouwen bouwwerk biedt bescherming tegen onderlinge geluidsoverlast tussen niet-gemeenschappelijke verblijfsruimten van dezelfde gebruiksfunctie.

2. Voorzover voor een gebruiksfunctie in tabel 3.11 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

3. Het eerste lid is niet van toepassing op de gebruiksfuncties waarvoor in tabel 3.11 geen voorschrift is aangewezen.

Tabel 3.11

gebruiksfunctie leden van toepassing
isolatie-index verbouw tijdelijke bouw
artikel 3.12 3.13 3.14
1 Woonfunctie
a woonfunctie van een woonwagen
b andere woonfunctie 1 * *
2 Bijeenkomstfunctie
3 Celfunctie
4 Gezondheidszorgfunctie
5 Industriefunctie
6 Kantoorfunctie
7 Logiesfunctie
8 Onderwijsfunctie
a onderwijsfunctie voor het basis of speciaal onderwijs 2,3,4,5 *
b andere onderwijsfunctie
9 Sportfunctie
10 Winkelfunctie
11 Overige gebruiksfunctie
12 Bouwwerk geen gebouw zijnde

Artikel 3.12

1. De volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid en voor contactgeluid voor de geluidsoverdracht van een verblijfsruimte naar een andere verblijfsruimte van dezelfde woonfunctie is ten minste 20 dB. Dit voorschrift geldt niet, indien de verblijfsruimten op dezelfde bouwlaag zijn gelegen en met elkaar in open verbinding staan, of indien de ene ruimte vanuit de andere rechtstreeks bereikbaar is door een deuropening.

2. De volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke isolatie-index voor Staatsblad 2001 410 87 luchtgeluid voor de geluidsoverdracht van een verblijfsruimte voor spelactiviteiten van een onderwijsfunctie voor het basis- of speciaal onderwijs naar een andere verblijfsruimte voor het geven van onderwijs aan een groep leerlingen van dezelfde onderwijsfunctie, is ten minste 0 dB.

3. De volgens NEN 5077 bepaalde isolatie-index voor contactgeluid voor de geluidsoverdracht van een verblijfsruimte bestemd voor spelactiviteiten van een onderwijsfunctie voor het basis- of speciaal onderwijs naar een andere verblijfsruimte voor het geven van onderwijs aan een groep leerlingen van dezelfde onderwijsfunctie, is ten minste 10 dB.

4. De volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid voor de geluidsoverdracht van een verblijfsruimte bestemd voor het met behulp van gereedschappen bewerken van materialen van een onderwijsfunctie voor het basisof speciaal onderwijs naar een andere verblijfsruimte voor het geven van onderwijs aan een groep leerlingen van dezelfde onderwijsfunctie, is ten minste 0 dB.

5. De volgens NEN 5077 bepaalde isolatie-index voor contactgeluid voor de geluidsoverdracht van een verblijfsruimte voor het met behulp van gereedschappen bewerken van materialen van een onderwijsfunctie voor het basis- of speciaal onderwijs naar een andere verblijfsruimte voor het geven van onderwijs aan een groep leerlingen van dezelfde onderwijsfunctie, is ten minste 10 dB.

Artikel 3.13

Burgemeester en wethouders verlenen bij het geheel of gedeeltelijk veranderen of het vergroten van een bouwwerk ontheffing van de vereiste geluidwering, bedoeld in artikel 3.12, tot een niveau dat maximaal 10 dB(A) lager ligt.

Artikel 3.14

Op het bouwen van een niet-permanent bouwwerk is artikel 3.12, eerste lid, van overeenkomstige toepassing, waarbij de karakteristieke isolatieindex maximaal 10 dB(A) lager ligt. AFDELING 3.4. BEPERKING VAN GALM, NIEUWBOUW

Artikel 3.15

1. Een te bouwen bouwwerk heeft in een verblijfsruimte of een gemeenschappelijke verkeersruimte een zodanige geluidsabsorptie, dat geluidhinder door galm wordt beperkt.

2. Voorzover voor een gebruiksfunctie in tabel 3.15 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

3. Het eerste lid is niet van toepassing op de gebruiksfuncties waarvoor in tabel 3.15 geen voorschrift is aangewezen.

Tabel 3.15

gebruiksfunctie leden van toepassing
galm verblijfsruimte
artikel 3.16 3.16
1 Woonfunctie
a woonfunctie gelegen in een woongebouw 1
b andere woonfunctie
2 Bijeenkomstfunctie
3 Celfunctie
4 Gezondheidszorgfunctie
5 Industriefunctie
6 Kantoorfunctie
7 Logiesfunctie
8 Onderwijsfunctie
a onderwijsfunctie voor het basis of speciaal onderwijs 2 1
b andere onderwijsfunctie
9 Sportfunctie
Sportfunctie behorend tot een onderwijsfunctie voor het basis of speciaal onderwijs 2 1,5
Andere sportfunctie
10 Winkelfunctie
11 Overige gebruiksfunctie
12 Bouwwerk geen gebouw zijnde

Artikel 3.16

1. Een aan een niet-gemeenschappelijke ruimte van een woonfunctie grenzende besloten gemeenschappelijke verkeersruimte voor het ontsluiten van een woonfunctie gelegen in een woongebouw, heeft een volgens NEN 5078 bepaalde totale geluidsabsorptie met een getalwaarde, uitgedrukt in m2, die niet kleiner is dan 1/8 van de getalwaarde van de inhoud van die ruimte, uitgedrukt in m3, in elk van de octaafbanden met middenfrequenties van 250, 500, 1 000 en 2 000 Hz.

2. Een verblijfsruimte heeft een volgens NEN 5077 bepaalde gemiddelde nagalmtijd van niet meer dan de in tabel 3.15 aangegeven grenswaarde.

AFDELING 3.5. GELUIDWERING TUSSEN RUIMTEN VAN VERSCHILLENDE GEBRUIKSFUNCTIES, NIEUWBOUW

Artikel 3.17

1. Een te bouwen bouwwerk biedt bescherming tegen onderlinge geluidsoverlast tussen gebruiksfuncties.

2. Voorzover voor een gebruiksfunctie in tabel 3.17 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

3. Het eerste lid is niet van toepassing op de gebruiksfuncties waarvoor in tabel 3.17 geen voorschrift is aangewezen.

Tabel 3.17

gebruiksfunctie leden van toepassing grenswaarden
ander perceel hetzelfde perceel verbouw tijdelijke bouw ander perceel hetzelfde perceel
artikel 3.18 3.19 3.20 3.21 3.18 3.19
1 Woonfunctie
a woonfunctie van een woonwagen
Woonfunctie gelegen in een woongebouw 1,2,3,4 1,2,3,4,6,7 * * 0,5-5,0 0,5-5,0
c andere woonfunctie 1,2,3,4 1,2,3,4 * * 0,5-5,0 0,5-5,0
2 Bijeenkomstfunctie
a Bijeenkomstfunctie voor geluidbelastende activiteiten 1,2,3,4 1,2,3,4 * * 10,10,5,5 10,10,5,5
b andere bijeenkomstfunctie 1,2,3,4 1,2,3,4 * * 0,0,-5,-5 0,0,-5,-5
3 Celfunctie 1,2,3,4 1,2,3,4,8 * * 0,0,-5,-5 0,0,-5,-5
4 Gezondheidszorgfunctie 1,2,3,4 1,2,3,4 * * 0,0,-5,-5 0,0,-5,-5
5 Industriefunctie * *
a industriefunctie voor geluidbelastende activiteiten 1,2,3,4 1,2,3,4 * * 0,0,-5,-5 5,5,0,0
b andere industriefuncties 1,2,3,4 1,2,3,4 * * 0,0,-5,-5 0,0,-5,-5
6 Kantoorfunctie 1,2,3,4 1,2,3,4 * * 0,0,-5,-5 0,0,-5,-5
7 Logiesfunctie
a logiesfunctie niet gelegen in een logiesgebouw 1,2,3,4 1,2,3,4 * * 0,0,-5,-5 0,0,-5,-5
b logiesfunctie gelegen in een logiesgebouw 1,2,3,4 1,2,3,4,9 * * 0,0,-5,-5 0,0,-5,-5
8 Onderwijsfunctie
a onderwijsfunctie voor het basis of speciaal onderwijs 1,2,3,4 1,2,3,4,10,11 * * 0,0,-5,-5 0,0,-5,-5
b andere onderwijsfunctie 1,2,3,4 1,2,3,4 * * 0,0,-5,-5 0,0,-5,-5
9 Sportfunctie
Sportfunctie behorend tot onderwijsfunctie voor het basis of speciaal onderwijs 1,2,3,4,5 1,2,3,4,12,13 * * 0,0,-5,-5 0,0,-5,-5
andere sportfunctie 1,2,3,4 1,2,3,4 * * 0,0,-5,-5 0,0,-5,-5
10 Winkelfunctie 1,2,3,4 1,2,3,4 * * 0,0,-5,-5 0,0,-5,-5
11 Overige gebruiksfunctie 1,2,3,4 1,2,3,4 * * 0,0,-5,-5 0,0,-5,-5
12 Bouwwerk geen gebouw zijnde

Artikel 3.18

1. De volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid voor de geluidsoverdracht van een besloten ruimte naar een verblijfsgebied van een op een ander perceel gelegen, aangrenzende gebruiksfunctie, is niet kleiner dan de in tabel 3.17 aangegeven grenswaarde. Dit voorschrift geldt niet indien de aangrenzende gebruiksfunctie een lichte industriefunctie of een overige gebruiksfunctie is.

2. De volgens NEN 5077 bepaalde isolatie-index voor contactgeluid voor de geluidsoverdracht van een besloten ruimte naar een verblijfsgebied van een op een ander perceel gelegen, aangrenzende gebruiksfunctie, is niet kleiner dan de in tabel 3.17 aangegeven grenswaarde. Dit voorschrift geldt niet indien de aangrenzende gebruiksfunctie een lichte industriefunctie of een overige gebruiksfunctie is.

3. De volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid voor de geluidsoverdracht van een besloten ruimte naar een besloten ruimte niet zijnde een verblijfsgebied, van een op een ander perceel gelegen, aangrenzende woonfunctie, is niet kleiner dan de in tabel 3.17 aangegeven grenswaarde.

4. De volgens NEN 5077 bepaalde isolatie-index voor contactgeluid voor de geluidsoverdracht van een besloten ruimte naar een besloten ruimte niet zijnde een verblijfsgebied, van een op een ander perceel gelegen, aangrenzende woonfunctie, is niet kleiner dan de in tabel 3.17 aangegeven grenswaarde.

5. In afwijking van het tweede lid, is de volgens NEN 5077 bepaalde isolatie-index voor contactgeluid voor de geluidsoverdracht van een besloten ruimte naar een verblijfsgebied van een op een ander perceel gelegen, aangrenzende onderwijsfunctie, niet kleiner dan 10 dB. Staatsblad 2001 410 90

Artikel 3.19

1. De volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid voor de geluidsoverdracht van een besloten ruimte naar een verblijfsgebied van een op hetzelfde perceel gelegen aangrenzende woonfunctie, is niet kleiner dan de in tabel 3.17 aangegeven grenswaarde.

2. De volgens NEN 5077 bepaalde isolatie-index voor contactgeluid voor de geluidsoverdracht van een besloten ruimte naar een verblijfsgebied van een op hetzelfde perceel gelegen aangrenzende woonfunctie, is niet kleiner dan de in tabel 3.17 aangegeven grenswaarde.

3. De volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid van een besloten ruimte naar een besloten ruimte niet zijnde een verblijfsgebied van een op hetzelfde perceel gelegen aangrenzende woonfunctie, is niet kleiner dan de in tabel 3.17 aangegeven grenswaarde.

4. De volgens NEN 5077 bepaalde isolatie-index voor contactgeluid voor de geluidsoverdracht van een besloten ruimte naar een besloten ruimte niet zijnde een verblijfsgebied van een op hetzelfde perceel gelegen aangrenzende woonfunctie, is niet kleiner dan de in tabel 3.17 aangegeven grenswaarde.

5. In afwijking van het eerste tot en met vierde lid, is geen eis gesteld aan de karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid en de isolatie-index voor contactgeluid, voor de geluidsoverdracht van een gebruiksfunctie die ten dienste staat van een woonfunctie naar die woonfunctie.

6. In afwijking van het derde en vierde lid, is geen eis gesteld aan de karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid en de isolatie-index voor contactgeluid, voor de geluidsoverdracht van een besloten ruimte naar een op hetzelfde perceel gelegen, besloten gemeenschappelijke verkeersruimte.

7. In afwijking van het eerste tot en met vierde lid, geldt geen eis voor de karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid en de isolatie-index voor contactgeluid, voor de geluidsoverdracht van een gemeenschappelijke ruimte naar een andere gemeenschappelijke ruimte indien op die ruimten uitsluitend dezelfde gebruiksfuncties zijn aangewezen.

8. De volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid en de isolatie-index voor contactgeluid, voor de geluidsoverdracht van een besloten niet-gemeenschappelijke ruimte naar een binnen hetzelfde gebouw gelegen verblijfsgebied van een andere celfunctie, zijn niet kleiner dan -5 dB.

9. De volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid en de isolatie-index voor contactgeluid, voor de geluidsoverdracht van een niet-gemeenschappelijke besloten ruimte van een logiesfunctie gelegen in een logiesgebouw naar een gemeenschappelijk verblijfsgebied van een logiesfunctie of een niet-gemeenschappelijk verblijfsgebied van een andere logiesfunctie gelegen in hetzelfde logiesgebouw, zijn niet kleiner dan - 5 dB.

10. De volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid voor de geluidsoverdracht van een verblijfsruimte voor spelactiviteiten of een verblijfsruimte voor het met behulp van gereedschappen bewerken van materialen naar een verblijfsruimte voor een groep leerlingen van een andere op hetzelfde perceel gelegen onderwijsfunctie voor het basis- of speciaal onderwijs, is niet kleiner dan 0 dB.

11. De volgens NEN 5077 bepaalde isolatie-index voor contactgeluid voor de geluidsoverdracht van een verblijfsruimte voor spelactiviteiten of een verblijfsruimte voor het met behulp van gereedschappen bewerken van materialen naar een verblijfsruimte voor een groep leerlingen van een andere op hetzelfde perceel gelegen onderwijsfunctie voor het basis- of speciaal onderwijs, is niet kleiner dan 10 dB.

12. De volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid voor de geluidsoverdracht van een besloten ruimte naar een Staatsblad 2001 410 91 verblijfsgebied van een op hetzelfde perceel gelegen aangrenzende onderwijsfunctie, is niet kleiner dan 0 dB.

13. In afwijking van het tweede lid is de volgens NEN 5077 bepaalde isolatie-index voor contactgeluid voor de geluidsoverdracht van een besloten ruimte naar een verblijfsgebied van een op hetzelfde perceel gelegen aangrenzende onderwijsfunctie niet kleiner dan 10 dB.

Artikel 3.20 Burgemeester en wethouders verlenen bij het geheel of gedeeltelijk veranderen of het vergroten van een bouwwerk ontheffing van de vereiste geluidwering, bedoeld in de artikelen 3.18 en 3.19, tot een niveau dat maximaal 10 dB(A) lager ligt.

Artikel 3.21 Op het bouwen van een niet-permanent bouwwerk zijn de artikelen 3.18 en 3.19 van overeenkomstige toepassing, waarbij de karakteristieke isolatie-index maximaal 10 dB(A) lager ligt.


Begripsbepalingen en definities

Volledige titel Staatsblad 410;Besluit van 7 augustus 2001, houdende vaststelling van voorschriften met betrekking tot het bouwen van bouwwerken uit het oogpunt van veiligheid, gezondheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en milieu (Bouwbesluit)

inwendige scheidingsconstructie: constructie die de scheiding vormt tussen twee voor mensen toegankelijke besloten ruimten van een gebouw, waaronder begrepen de op die constructie aansluitende delen van andere constructies, voorzover die delen van invloed zijn op het voldoen van die scheidingsconstructie aan een bij of krachtens dit besluit gegeven voorschrift;

uitwendige scheidingsconstructie: constructie die de scheiding vormt tussen een voor mensen toegankelijke besloten ruimte van een gebouw en de buitenlucht, de grond of het water, waaronder begrepen de op die constructie aansluitende delen van andere constructies, voorzover die delen van invloed zijn op het voldoen van die scheidingsconstructie aan een bij of krachtens dit besluit gegeven voorschrift;

gebruiksfunctie die bijzonder gevoelig is voor luchtvaartlawaai: gebruiksfunctie in een gebouw, waarvoor krachtens de Luchtvaartwet een ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting van de uitwendige scheidingsconstructie geldt met betrekking tot structureel uitgevoerd nachtelijk vliegverkeer vanwege een luchtvaartterrein;

gebruiksfunctie die gevoelig is voor industrie-, weg- of railverkeerslawaai: gebruiksfunctie in een gebouw, waarvoor krachtens de Wet geluidhinder een ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting van de uitwendige scheidingsconstructie geldt met betrekking tot onderscheidenlijk industrielawaai vanwege een industrieterrein, wegverkeerslawaai vanwege een weg of railverkeerslawaai vanwege een spoorweg, alsmede een kantoorfunctie gelegen binnen een zone waarvoor een zodanige ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting geldt;

gebruiksfunctie die gevoelig is voor luchtvaartlawaai: gebruiksfunctie in een gebouw, waarvoor krachtens de Wet geluidhinder of de Luchtvaartwet een ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting van de uitwendige scheidingsconstructie geldt met betrekking tot luchtvaartlawaai vanwege een luchtvaartterrein, alsmede een kantoorfunctie gelegen binnen een zone waarvoor een zodanige ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting geldt;

isolatie-index voor contactgeluid: isolatie-index voor contactgeluid als bedoeld in NEN 5077;

karakteristiek geluidsniveau: karakteristiek geluidsniveau als bedoeld in NEN 5077; Staatsblad 2001 410 3

karakteristieke geluidwering: karakteristieke geluidwering als bedoeld in NEN 5077;

karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid: karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid als bedoeld in NEN 5077; 3. Voor de toepassing van de bij of krachtens dit besluit gegeven voorschriften wordt voorts verstaan onder:

woonfunctie: gebruiksfunctie voor het wonen;

bijeenkomstfunctie: gebruiksfunctie voor het samenkomen van mensen voor kunst, cultuur, godsdienst, communicatie, kinderopvang, het verstrekken van consumpties voor het gebruik ter plaatse en het aanschouwen van sport;

celfunctie: gebruiksfunctie voor dwangverblijf van mensen;

gezondheidszorgfunctie: gebruiksfunctie voor medisch onderzoek, verpleging, verzorging of behandeling;

industriefunctie: gebruiksfunctie voor het bedrijfsmatig bewerken of opslaan van materialen en goederen, of voor agrarische doeleinden;

kantoorfunctie: gebruiksfunctie voor administratie;

logiesfunctie: gebruiksfunctie voor het bieden van recreatief verblijf of tijdelijk onderdak aan mensen;

onderwijsfunctie: gebruiksfunctie voor het geven van onderwijs;

sportfunctie: gebruiksfunctie voor het beoefenen van sport;

winkelfunctie: gebruiksfunctie voor het verhandelen van materialen, goederen of diensten;

overige gebruiksfunctie: niet in dit lid benoemde gebruiksfunctie voor activiteiten waarbij het verblijven van mensen een ondergeschikte rol speelt. 4. Voor de toepassing van de bij of krachtens dit besluit gegeven voorschriften wordt voorts verstaan onder:

lichte industriefunctie: industriefunctie waarin activiteiten plaats vinden, waarbij het verblijven van mensen een ondergeschikte rol speelt;

onderwijsfunctie voor speciaal onderwijs: onderwijsfunctie voor het basis- of voortgezet speciaal onderwijs;

overige gebruiksfunctie voor het personenvervoer: overige gebruiksfunctie die bestemd is voor aankomst of vertrek van vervoermiddelen ten behoeve van weg-, spoorweg-, water- of luchtverkeer van personen. 5. Voor de toepassing van de bij of krachtens dit besluit gegeven voorschriften wordt voorts verstaan onder:

woongebouw: gebouw of gedeelte van een gebouw, waarin uitsluitend woonfuncties zijn gelegen, die zijn aangewezen op een of meer gemeenschappelijke verkeersruimten waarop geen andere gebruiksfuncties zijn aangewezen;

cellengebouw: gebouw of gedeelte van een gebouw, waarin uitsluitend celfuncties zijn gelegen, die zijn aangewezen op een of meer Staatsblad 2001 410 4 gemeenschappelijke verkeersruimten waarop geen andere gebruiksfuncties zijn aangewezen;